Onderweg naar Erdiin Khambiin Khiid
Onderweg naar Sangiin Dalai Lake
-
Mongolië kent wel vier meren met de naam Sangiin Dalai Lake, daar kwamen we pas achter met zoeken naar informatie over dit meer. Onze weg ging langs het meer dat in de Övörkhangai provincie ligt, niet ver van Arvaikheer, de hoofdstad van de provincie vandaan. De totale weg naar de volgende overnachting, het gerkamp Khogor Khan is 277 km en het landschap was zo afwisselend dat we op dit traject heel veel foto's hebben gemaaqkt.
Voor de nacht hebben we extra dekens gekregen en die waren echt wel nodig, het heeft buiten gevroren. We moesten vroeg opgestaan met ontbijt om zes uur en zijn om zeven uur vertrokken. Het is buiten fris maar bijna onbewolkt en het ontbijt is uitstekend met een vers gebakken omelet. -
Tot aan Saikhan Ovoo hebben we de Mongolian highway gevolgd. Dat is niets meer dan een spoor in het veld maar dan wel vaak meerdere naast elkaar, het is nog minder dan een dirtroad in de Australische outback. In dit plaatsje hebben we getankt voor een prijs van MNT 1990 (€ 0,67/liter). Totaal was het MNT 40000 voor 20,1 liter. Een aantal kilometers na Saikhan Ovoo hebben we de Mongolian Highway verlaten en steken dwars de steppe over, almaar klimmend naar 1850 meter over een afstand van 151 kilometer. De route is zeer afwisselend met vlaktes, omringd door lage heuvels en de nodige kudden van kamelen, schapen, geiten en runderen. Het is koud met een harde wind, het land is licht groen zonder een enkel boom. Het is een Nullarbor plain.
We zijn een aantal keren gestopt, onder meer bij een gemende kudde schapoen en geiten gehoed door een vrouw met een zeer wollige hond. Zelf is ze ook goed ingepakt in een warme goed gevoerde blauwe Mongoolse jas.
Op de vlakte lopen velen, vaak zeer jonge veulens rond, we zien er ook dode veulens liggen. Dood geboren of bezweken aan de zeer zware omstandigheden op deze open vlakte. Arenden en gieren doen zich te goed aan de karkassen. Midden op de vlakte zijn we gestopt voor koffie, iedereen probeert zoveel als mogelijk in de luwte van de auto’s te blijven. In de verte, de richting waar we naar toe rijden zien we de toppen van het Khangai gebergte liggen. Vlak voorbij het Sangiin Dalay Nuur komen we op de asfaltweg, dit is de weg van Arvaikheer naar Ulaanbataar. Hier een benzine pomp met een kleine winkel waar de twee andere auto’s stoppen om te tanken. Het betalen gaat niet eenvoudig, de tankpas wordt niet geaccepteerd en we zien dat er gebeld wordt en gesproken. Na ruim een uur vertrekken we eindelijk, de betaling is geregeld. -
Rit over de steppen van de noordelijke Gobi
-
In de tijd dat we staan te wachten hebben we rondgekeken, bij het meer loopt een kudde van paarden en één paard, nogal hinkend, loopt apart. Aan de overkant van de weg staat de hele tijd een Mongoolse man te wachten op vervoer, later komt er een andere bij staan. Deze wordt na enige tijd opgehaald door een Prius. Een motorrijder met drie plastic jerrycans vult deze bij de pomp, bind deze terug op zijn motor staat nog wat te praten en vertrekt weer. Twee grote wollige honden staan bij het groepje en al de tijd maken we heel veel foto’s van de mannen. Ze hebben of niets door of het interesseert ze niet. Pas tegen twaalf uur vertrekken we weer, op weg naar gerkamp Khogor Khan.
-
Midden op de steppe ontmoet je een kudde schapen met herderin en hond